Ach ja/ Hell no

Trouwens, nu we het hier toch over evenwicht hebben: vind het maar eens!

Dat moment waarop de ene kracht de andere perfect in balans houdt. Die geruisloze milliseconde of millimeter, de windstilte waarbij het getrek, het geduw, even gaat liggen.

Het gekibbel, tussen krachten dus. Bijvoorbeeld het eeuwige trek-en duwwerk tussen verlangen en mogelijkheid. Soms overgoten met bedwelmende alcohol, bv die der Plicht, soms zo gesmoord en naar de achtergrond verdwijnend, naar waar het minder prikkelt en minder opvalt.

Tussen blijven of weggaan, opstaan of blijven liggen. Iets zeggen of je bek houden. Ja of nee.

Evenwicht: een momentane koorddans boven een kloof waarbij je even niet valt, een tijdelijk verstomde sumo-worsteling waarbij de dikke Aziaten hun zweterige lijven uit elkaar trekken en even in vervoering naar de lucht boven hen kijken.


Niet zo makkelijk.
Tenzij dus alcohol. Maar geen slecht woord over de alcohol.

Misschien moeten we het begrip Evenwicht loslaten en vervangen tot Een Min of Meer Comfortabele Zone. Nu eens naar links uiteraard, nu eens naar rechts uiteraard, maar nooit zo ver dat je keihard op je gezicht gaat, en als je dan toch eens op je gezicht gaat, nooit zo diep dat je niet meer kan recht krabbelen.





Enkele van de krachten in druk gevecht hier, een gevecht dat me nog al eens van mijn koorden durft blazen: Ach Ja en Hell No.














Ach Ja zegt dat het allemaal wel nog meevalt, leg je erbij neer, dat is hier Latijns-Amerika, je hebt hier geen bal onder controle en als de aarde gaat beven, zijn stipte busverbindingen net zo nuttig als kauwgum bij een bosbrand.
En bovendien heeft iedereen nog eens zijn eigen waarheid. En kijk ze eens lachen. Mensen zijn hier gelukkiger dan in België, dat weet je toch?

Dus, bek houden en lama's kijken (wat zijn ze grappig) en een beetje je best doen.





Zo spaar je ook je rug een beetje, wat nooit kwaad kan, dat wist Atlas al.

En (weigeren te) aanvaarden dat irritant veel kinderen tegelijk op mijn rug willen klimmen, dat de 4-jarige Raymi me in het gezicht heeft gespuwd, dat het heiligenbeeld van de Maagd Maria meer kost dan een lagere school, dat we geen geld hebben om de zonderlinge Cusi een begeleiding op maat te geven, dat auto's soms moordlustig en mannen soms hardhandig zijn, dat er een stokoude man elke avond tot diep in de nacht in een portaal (het lijkt verdomme enkel aan mij) beverig om geld en eten, wel ja, smeekt, en ik hem al enkele keren pannenkoeken in een doggy bag gegeven heb, maar ook al enkele malen heel kordaat “NO” gezegd heb, daarbij mijn fucking wijsvinger en duim tegen elkaar tot een gedecideerde cirkel naar beneden drukkend, ter beklemtoning van deze NEE, en ik dan even in de bijzondere emotie terecht kom waarbij ik zowel trots op mezelf ben als van mezelf moet walgen en dat ik om dit allemaal te vermijden soms aan de andere kant van de straat ga lopen.

Minzaam of kwaad? En wat met het evenwicht?

Ach ja. Of Hell no?

Ach ja. Maar het is zeker niet het antwoord op deze vraag. 
In het beste geval een antwoord op het onmogelijke antwoord op deze vraag.



PS: de meeste lama's zijn wel echt grappig
PS: Het prachtige, zij het niet meteen unaniem rooskleurige boek Reis naar het Einde van de Nacht van Céline speelt mee bij deze beschouwingen
PS: Jipee-ka-ja-jee