Reizen

Het reizen, in de zin van rondtrekken en nieuwe uitheemse ervaringen scoren, zit er voor mij zo goed als op (nog wat lummelen in Lima niet nagesproken) en het lijkt me dan ook geen slecht moment om enkele bevindingen ten aanzien van de Levensvorm Reizen in kaart te brengen. 

Al zou het gelogen zijn te stellen dat iemand me hier ook expliciet om vraagt. 




We zouden samen met Wittgenstein urenlang kunnen discussiëren over de term reizen, wat die inhoudt en of de epische proporties die het in dit postmoderne en geglobaliseerde tijdperk toegemeten krijgt (alsof het een hogere, belangrijkere vorm van zijn is, alsof het je dieper bij de (de!) waarheid brengt, alsof het je hoe dan ook- en wel tot in je diepste poriën verrijkt), (nog) steek houden. 

Maar deze heikele kelk zullen we vanavond grotendeels rustig aan ons laten voorbij gaan, dit wegens het geselen van andere katten.  

Echter, wat mij betreft: slachten dat gouden kalf, begraven die heilige graal. Reizen, we moeten er niet te veel over weglullen, is eigenlijk onverantwoord simpel. Je stapt in een vliegtuig en komt, wegens de wet van oorzaak en gevolg, logischerwijze in een nieuwe omgeving terecht. Die is enerzijds anders en onbekend, maar anderzijds ook niet zo onbekend want er blijken evengoed Mc Donalds en lesbiennes te zijn, je kan er evengoed pizza's vreten of Champions League voetbalwedstrijden bekijken. Allemaal een doodlogisch gevolg van de globalisering en het feit dat je mits wat geld en een gunstig paspoort op 24 uur zo ongeveer overal ter wereld kan zijn. 

Over geld gesproken: dat blijkt plots veel meer waard dan thuis waardoor je plots veel meer spullen en dus ook comfort kan kopen, hetgeen de epiek van reizen nog verder doet afbrokkelen. Verder is sinds het digitale tijdperk ook iedereen bereikbaar, waar je maar wil, wanneer je maar wil, dus dat betekent vaak ook vanuit een godvergeten pampa met een onuitspreekbare naam aan de andere kant van de bol, van waaruit je doodleuk met je moeder een eind weg kan kletsen over de inheemse eetgewoonten, je je vriend-de-dokter kan consulteren over een verdachte zwelling op je kuit (mja, misschien inderdaad gewoon muggen) en met je broer instant moppen met nuancerende smileys kan maken. Tenzij je de puritein gaat uithangen (niet doen!) is het onthemende aspect van reizen sinds een poosje dus ook al lelijk naar de vissen. 

En tenslotte besef je, hangend in die luxueuze zetel, een muisklik verwijderd van vele mogelijkheden en omringd door mogelijk iedereen, dat je ook nog eens op elk moment weer weg kan, of verder kan, of stomweg terug kan, terug naar je nest. En dat je hiervoor geen propvolle, half-kapseizende Somalische boot in moet, of een Texaanse dorre woestijn met schietgrage rednecks door moet, of een kolkende rivier of een muur met glasscherven over moet. Niets daarvan, want je hebt een gouden paspoort.




Dus, vandaar de stelling dat over reizen wat mij betreft niet teveel weggeluld worden. 

In het beste geval verruimt het je blik een beetje, relativeert het enige zaken, maar dat kan evengoed gezegd worden van het verzorgen van je demente grootmoeder, caloriearme pudding met bosvruchten klaarmaken voor je dansclub of de godganse dag het voortplantingsgedrag van rode mieren in een aquarium bestuderen. 

Het gevolg van een open mind behoort, volgens mij, uiteraard volgens mij, dus allerminst tot het alleenrecht van reizen.

Bovendien kom je in elk hostel ook dezelfde types tegen. 

En hoewel ik weet dat je niet mag generaliseren (ook niet elke nazi was een slecht mens, weet je wel) zal ik in wat volgt deze sofistische semi-wijsheid even op Siberische wijze aan m'n laars lappen (we mogen het generaliseren ook niet veralgemenen) en eens lekker ongenuanceerd weg generaliseren, waarbij ik slechts hopen kan dat ik niet bruuskeer


Het onderwerp van de karikatuur is de reiziger, die epische figuur die op een dieper, een juister niveau (haha) leeft en wéét waar het om draait.

Dit ten bate van de gemeenschap, en voor zij die er helaas niet bij konden zijn.





De reiziger in 17 prachtige prototypes

1) de kerel die denkt dat het een origineel idee is om zijn baard te laten staan gedurende zijn trip
Blind voor enige zelfreflectie, aldus geen oog hebbend voor het niet bijster originele aspect van het idee, flirtend met potsierlijkheid. Drager van een zonnebril en een Engels accent dat zich ondanks verwoede integrerende pogingen niet laat verhullen.

2) het ontgoochelde Franse koppel
Praten enkel met elkaar. Vaak in een kille pruillipsfeer waarbij de houterige man in hemd met korte mouwen de schuld voor de koude douche van zijn verbitterde princesse voor de goede vrede ridderlijk maar met bange ogen op zich lijkt te willen nemen, tu saix, over een kleine week zijn ze alweer in Parijs.  

3) het lesbische Hollandse koppel
Praten ook eerder met elkaar, dit wegens een wantrouwen in de algehele mensheid. Elke blik wordt geïnterpreteerd op de Schaal van Kritiek en mannen zijn sowieso te mijden. 

4) de gast op blote voeten
Immer minzaam glimlachend, oprecht menend dat aarde en aarding twee zijden van dezelfde medaille (Der puurheid? Der waarheid? Joost mag het weten) zijn. Zal net wanneer je moe begint te worden en even niet op je hoede bent, hierover armbreed beginnen uitweiden, je op je schouder kloppen, je broeder noemen, hierbij de wankele theorieën en groteske symbolen niet schuwend. Oppassen met bijvragen.

5) het zotte meisje
Toont je zonder gène haar kersverse piercing op een indiscrete plaats zonder dat je daarvoor echt vragende partij was. Draagt 1 esthetisch onverantwoorde rastavlecht die vloekt met de rest van haar kapsel en gaat doorgaans gehuld in lange gewaden. Doorloopt de vier seizoenen der emoties in een tijdspanne van enkele uren. Zal op onbetamelijke momenten een hysterisch gilletje slaken, je meteen bij aankomst al een louche bijnaam geven en al vanaf de vroege namiddag met glazige ogen nippen aan een glas rum, zichzelf overtuigend dat het oké is zo, dat het beter is zo.

6) het vuile meisje
Less is more, dus hoe minder er gedoucht moet worden, hoe minder kleren er meegezeuld moeten worden, hoe beter. Hoe puurder ook, hoe echter. Zal heel vaak een zin beginnen met "wij in het westen".

7) de Hollander op de motto door Latijns-Amerika
Met een zweem van avontuurlijkheid en het geld van zijn bedrijfsbonussen Che Guevara achterna, technische termen spuiend waarvan hij weet dat de anderen ze niet kennen, en hieraan een superieur gevoel ontlenend.
(als metafoor val ik hier half onder)

8) de Duitser die liever niet voor onaangename verassingen wil komen te staan
Zal elke gelegenheid te baat nemen om de reisgids er nog eens op na te slaan, zal twee maal bij jou naar het exacte tijdstip van de ophaaltaxi informeren en zal indien deze niet meteen opdaagt, dit op culturele flessen trekken, hierbij veelbetekenend met de ogen rollend, ervan uitgaand dat je hem gelijk geeft, moet geven.

9) de Australiër die schreeuwt als hij praat en dit niet doorheeft
Hierbij te pas en te onpas het predicaat fucking gebruikend, recht evenredig met de tot zich genomen hoeveelheid alcohol.

10) de stille jongen die een geschreven dagboek en aantekeningen bijhoudt
Met sluik haar, dat half voor zijn ogen hangt, en als je vraagt wat hij daar zo zit te doen in een hoekje, even kucht en zijn zin met "Wel euh..." of "Oh euh..." begint.
(ik val hier half onder)

11) de losgeslagen Israëli's
Net vrijgelaten na een jaar het heilige land beschermd te hebben tegen een vijandige wereld, nog propvol adrenaline maar plots geconfronteerd met het ontbreken van discipline of regels, en dat alles in een spotgoedkoop land. Al blijft waakzaamheid geboden en iedereen verdacht, maar daar wordt niet meer om gemaald, dat hoort erbij, dat is nooit anders geweest.  

12) de Amerikaanse yuppie die een huis bezit in het land van herkomst
Brengt de helft van zijn dag door met het bellen naar andere yuppie-vrienden vanaf het laatste model van zijn I-phone, belt hen actief op, heeft het vooral over geld, surfen en doing pretty well.

13) de man die al te lang aan het reizen is
Maak je niets meer wijs. Zal zeker niet als eerste beginnen babbelen, heeft er intussen geen moeite meer mee om het slechtste te vermoeden van de inheemse bevolking, die hem, van zodra hij zich inschikkelijk toont, in het zak zal zetten. Slaapt al lang niet meer in dormitoriums. Lijkt naar huis te willen, maar om één of andere reden zit dit er niet in. 

14) de man met dure fleece en lelijke sandalen
Zal beamen dat het zeker niet goedkoop is zo'n fleece, dat niet, maar je vol vuur wijzen op het feit dat het je wel lekker warm houdt, zelfs tot min veertig, iets wat van die Ecuadoraanse rommel hier niet gezegd kan worden. Hierop zal je het lef ontberen op te werpen dat het geen min veertig wordt op de vulkaan in kwestie. Zal het daarna triomfantelijk hebben over de korting die hij via zijn neef wist te verkrijgen op de jack. De sandalen zijn boven elke discussie verheven. 

15) de vrouw van middelbare leeftijd op zoek naar zichzelf
Zal gedesillusioneerde zuchten slaken van zodra ze zich op Facebook aanmeldt en draagt een veelkleurig gehaakte rugzak vanuit de lokale santenkraam. Wordt enthousiast van zodra je de zinsnede "ik wil" bovenhaalt, vooral als je de ik wat benadrukt, als blijk van zelfbeschikking, het heft hup in eigen handen, en zal je hierbij toeknikken alsof ze je op een heel diep niveau helemaal begrijpt, ze zal het ook zo zeggen, ik begrijp je, iets waarvan je niet weet of het je angst dan wel sympathie moet inboezemen.

16) de kerel die het niet erg vindt om zijn T-shirt uit te doen
Dit niet alleen om zijn torso maar ook zijn vele tattoos te onthullen, waarvan 1 een Chinees teken behept dat "moeilijk vertaalbaar is, maar bij ons ongeveer zou neerkomen op het woord wijsheid".

17) de Argentijnse hippies
Te herkennen aan hun zeer lange haar dat langs overal (dus ook de oksels) uitpuilt, munten omdraaiend, macramébandjes knopend, kettingen van energievolle schelpen en oorbellen van helende stenen verkopend op/aan de straatstenen om zo de volgende dag te kunnen voortreizen en hun doktersdiploma nog even te vergeten, de schaamte voorbij, onderwijl ritmisch begeleid door het eentonige getokkel van de hiertoe speciaal vrijgestelde in de verte turende en marihuana wegpaffende muzikant, die na een stonde het lef zal hebben om met de hoed rond te gaan bij de hoofdschuddende locals.

18) de ket die denkt onder geen enkele van bovenstaande categorieën te vallen - of toch niet volledig
(hier val ik volledig onder)

Enzovoort enzovoort en zo voort. En. Zo. Voort.

PS: Allemaal niet waar hoor.









Volkorenbrood

Toen ik 10 was en na de zomer in het 6de leerjaar bij juf Annemie belandde, moesten we op 1 september vertellen over onze vakantie. Een meisje, haar naam is me met de jaren ontglipt, vertelde over haar vakantie op Cuba. Ze zei dat het er bijna altijd zonnig was geweest, maar ook af en toe had geregend, maar dat dat niet erg was, je kon nog altijd alles doen want het was daar warme regen

Warme regen. Ik hoorde het aan met grote ogen. Had het niet meer. Warme. Regen. Het klonk als een droom, een onmogelijkheid die waar kon worden, maar dus enkel op Cuba. Ik was meteen stikjaloers, zag mezelf al zwemmen in de warme regens van tropische landen en wou dat ik ook over een vakantie kon vertellen met warme regen, maar in Frankrijk noch Kessel-Lo had het die zomer warm geregend.

(ondertussen, terwijl ik dit neerschrijf, maakt mijn hart af en toe een sprongetje, dit aangezien er buiten lui vuurwerk zijn beginnen af te knallen, waarschijnlijk ter ere van één of andere louche Ecuadoriaanse heilige) 

Het is vreemd hoe ons geheugen werkt. Welke gaatjes blijven? Welke gaan weg? Welke openen zich plots? In welke gaatjes kan je duiken, jezelf even verliezen in een (on)mogelijke wereld?

Vandaag, toen ik door de regen fietste, herinnerde ik ineens de magische warme regen van het meisje op de eerste schooldag van het 6de leerjaar. Dat gebeurde toen ik besefte dat de regen waarin ik aan het fietsen was, eigenlijk nog best meeviel qua temperatuur


De regen was warm (en dus een tikkeltje magisch) en de bergen steil en hierdoor werd het onderscheid, de grens tussen het vocht van mijn zwetende lichaam en de regen opgeheven. Met andere woorden: ik wist niet meer wat van mij was en wat uit de lucht op mij was komen vallen. De grens was vervaagd, verdampt. 


Grenzen oversteken of grenzen die vanzelf oplossen. Het lijkt te doen vermoeden dat grenzen misschien niet altijd grenzen hoeven te zijn. Dat je ze soms, misschien, ook wat naast je kan neerleggen. 

I wanna walk up the side op the mountain
I wanna walk down the other side of the mountain
I wanna swim in the river and lie in the sun 
I wanna try to be nice to everyone.

Grandaddy zong toevallig (of niet toevallig, maar volgens mijn persoonlijke geloofsovertuigingen eerder wel toevallig) dit liedje in mijn koptelefoon terwijl ik deze dingen fietsend zowat zat te overpeinzen. 

Al stootte ik na 100 kilometer wel op mijn grens. 
Of beter gezegd: ik besloot me bij de grens van het gezond verstand en de uitputting neer te leggen. Want het idee om vanuit het hooggelegen Banos naar het Amazonistische (woord zelf verzonnen) Puyo te fietsen en terug (2x 61 kilometer) was eigenlijk te geschift voor woorden. Het was eigenlijk van God los. Maar omdat ik op dit continent vooralsnog niet te veel impulsieve onbesuisdheden had ondernomen, wilde ik deze ochtend, de extra rode bloedcellen vanuit Quito indachtig, deze handschoen opnemen. En het tragische was, het tragische is: ik was er deze ochtend, in de warme regen, echt van overtuigd dat ik in mijn louche en veel te steile expeditie zou slagen. 

Maar toen ik na 100 kilometer lichtjes begon te zwalpen en op het punt stond vreemde beestjes te beginnen zien, gaf tenslotte ook mijn trotse koppigheid de pijp aan Maarten en hield ik een pick-up aan, een rit waarvoor de sympathiek eigenaar me 30 minuten later in het zak zette maar wat donderde het. 100 is ook mooi. 






Verder heb ik de afgelopen 24 uur:

- Een frisse Amerikaanse knar van 74 ontmoet aan de uitgang van de thermale baden hier wat verder, die sinds 7 jaar het reizen met de rugzak ontdekt heeft, iets wat voor de val van het Ijzeren Gordijn niet mogelijk was, for Christ' sake

- Ontbeten met een Fransman die me liet weten dat meisjes uit Parijs geen katjes zijn om zonder handschoenen aan te pakken. 

- Overwogen om mijn rugzak te naaien (het hengsel, of hoe noem je zo'n ding, is kapot)

- Een sudoku van niveau 11 die naar zijn einde toe liep alsnog weten te verprutsen, en overwogen om hiertoe tip-ex te kopen om van voor af aan te kunnen herbeginnen.

- Mijn eerste volkorenbrood van Latijns-Amerika gegeten, al bezit ik niet de ambitie dat dit gegeven iemand ook maar een lor zou moeten kunnen schelen. 

- Beseft dat het lummelen stilaan voorbij is en dat ik over een week aan de slag ga, en wil gaan, in Peru.