Atahualpa, de kerstman en de groep die het vertikt

De afgelopen 2 weken


Heb ik kerstman/Papa Noel gespeeld voor een 20-tal vijfjarigen die afstuderen van de Jardin San Gabriel, alsook voor hun ouders, die stevig bleven wegkieken. Ze waren zo trots en de stemmig was zo vrolijk dat ik besloot aan niemand te communiceren dat ik amper kon ademen door de minuscule ooggaten, dat ik zweette als een otter, dat ik plekken begon te krijgen op onbetamelijke plaatsen en dat een pasgeboren Jezus dit nooit zo gewild kon hebben. 


Gesteld dat ik al kon communiceren, want, zoals gezegd, ik beschikte enkel over ooggaten. 




Dus zwaaide ik wat weg en beschouwde het als een ervaring.






Besefte ik achteraf, bij het kijken naar de foto's, dat er 3 groepen kinderen hadden deelgenomen aan het afzwaai-kerstfeest:

- Groep A: Zij die in hun alledaagse outfit, sjofel en vuil, gekleed zoals altijd (op school, op straat, in bed,..) al vanaf het prille begin van de hyperactieve partij waren, rondhossend en graaiend naar koekjes en ballonnen, dezelfde dagelijkse ratrace met geld noch energie voor enige chique of protocol






- Groep B: Zij die opgemaakt als Habsburgse schonen wat later, fashionably late, kwamen, met gehuurde kleren, krullen en make up, gestyled door trotse moeders, net geen traan wegpinkend, want de dochter kreeg haar diploma uitgereikt, was de dure, eenmalige investering helemaal waard


-Groep C: Zij die hun uiterste best hadden gedaan om met beperkte middelen toch een zo chique mogelijk resultaat neer te zetten, met geïmproviseerde forentrucjes, een wit omslagdoekje hier, een vlechtje of wat treurige schmink daar. Het mocht moeite kosten - hun kind studeerde af, dat was wat, dat is wat-, maar geen geld, want dat was er niet. Te trots om zich bij groep A neer te leggen, maar onmogelijk tot groep B behorend. Een moedige, verbeten tussenzone, eenzaam ook, de tanden op elkaar, proberen te herinneren dat het goed is om ze dagelijks te poetsen, dat het de investering waard is, het laat je beter lachen met mopjes van een kerstman.

Mocht ik gemakkelijk tranen laten, ik zou ze laten om groep C. Maar ze zouden niet eenduidig zijn, ze zouden ook een glimlach bevatten. Ofzo. Zoiets.

Ben ik met Rocio voor haar verjaardag schoenen gaan kopen op de lokale santenmarkt. Omdat ze de verkoopster ontroerde gaf die haar 1 paar roze extra gratis. Rocio woont samen met haar ouders en 4 broers en zussen in het blauwe huisje naast de school, het hutje dat we enkele jaren geleden bijeengetimmerd hebben, soms een tikkeltje bric-a-brac, want van huizen bouwen hadden we niet teveel kaas gegeten. Maar kijk, het staat er nog, en doet dus dienst voor een ganse familie, die wegens financiële mierda nergens anders terecht kon. Het moet vernederend zijn, om bij de gratie van de directie in een school te wonen, en andere kinderen vanuit je sleutelgat in je tuin zien spelen en te beseffen dat het je tuin niet is, ja, dat moet vernederend zijn.




"al die kinderen" zei O' Hare
"en die zullen wel allemaal naar waardigheid verlangen" zei Billy Pilgrim
"dat zal wel" zei O' Hare (Uit: De Kinderkruistocht- Kurt Vonnegut)

Zorgden we ervoor dat Helping Hands Cusco, via Helping Hands België (een feitelijke organisatie die voorlopig enkel bestaat uit mezelf, maar geïnteresseerden mogen hun CV sturen), vanaf heden in België giften fiscaal aftrekbaar kan laten maken via Via Don Bosco vzw (Leopold II laan 195, 1080 Brussel) en dit via hun rekeningnummer BE84 4358 0341 0159 met vermelding "5265 Cusco School San Gabriel". Het moet van het Ardennenoffensief geleden zijn dat er nog zo'n internationaal succes behaald werd. 



Kan ik voor het eerst in 2 maanden een volwaardig balletje trappen, elke donderdag op een synthetisch voetbalveld met een verwelkomende Fransoos en een bende heethoofdige "beter niet deelnemen dan verliezen" Peruvianen. Aangezien de taferelen zich afspelen op 3500 meter hoog, zal ik de eerste maand nog wat moeten oefenen op het happen naar adem. Dat en het niet persoonlijk opvatten als een Peruviaanse ploegmaat me op scheldwoorden trakteert na een overmoedige kamikaze-solo.

Las ik gisteren, alsof de duivel ermee gemoeid was (en dat was hij in zekere zin ook) knal op het centrale plein van Cuzco, in een boek het volgende:

"Voordat Francisco Pizarro de Inca Atahualpa gewurgd en het hoofd afgehakt had, ontfutselde hij hem een losgeld dat bestond uit gouden en zilveren draagbaren...' Toen ging hij op de stad Cuzco af. Zijn soldaten dachten dat ze de stad der Caesaren binnenkwamen, zo oogverblindend was de hoofdstad van het Inca-rijk, maar ze aarzelden niet lang eer ze de zonnentempel gingen plunderen: 'Duwend en vechtend en terwijl ieder probeerde voor zichzelf het leeuwendeel van de schat te pakken te krijgen, vertrapten de soldaten in hun maliënkolders de sieraden en de beelden, schopten tegen de gouden gebruiksvoorwerpen of sloegen er met hamers op om ze een gemakkelijker hanteerbaar formaat te geven...Ze gooiden de hele schat die in de tempel lag in de smeltkroes om er staven van te maken: de platen die aan de muren gehangen hadden, het verbijsterde smeedwerk van bomen, vogels en andere dingen uit de tuin."

Soms kan een plein je een opdoffer verkopen. 

En nog vele andere dingen. 







Geen opmerkingen:

Een reactie posten